Grootschalige renovatie voor campus UHasselt
De faculteit Revalidatiewetenschappen van UHasselt onderging recent een grootschalige renovatie van hun gebouwen op het Wetenschapspark. Ze werden grondig geïsoleerd, volledig voorzien van nieuwe technieken en opnieuw ingericht. Een uitgelezen kans voor onze afdelingen bouw, interieur en techniek om het geheel te laten samensmelten tot een moderne campus.
Puzzelen met oud en nieuw
“Het was een grote werf” begint werfleider Koen Hoeben. “Doordat er twee gebouwen grondig gerenoveerd en samengevoegd moesten worden, stuitten we op een aantal uitdagingen. Sommige stukken werden behouden, andere delen werden afgebroken en tussen de gebouwen kwam een volledig deel nieuwbouw.”
“Eerst moest de volledige binnen-afwerking afgebroken worden, voor we konden overgaan naar structurele afbraakwerken. Een extra opgave was dat een aantal zaken niet opgebouwd waren zoals verwacht. De welfsels lagen onder helling, hierdoor konden we niet direct een nieuwe verdiepingsvloer plaatsen. Het vloerniveau moesten we eerst omhoog laten komen door het plaatsen van een uitvulling. Ook waren de twee te slopen trapkernen niet in snelbouw, maar in beton. Ze waren zo opgebouwd dat er delen van de vloerplaten op steunden, dat maakte het een stuk moeilijker om ze af te breken. Ingenieurs- en architectenbureau ESSA heeft dit opgelost door te beslissen dat de trapkernen voor een groter deel dienden afgebroken te worden. Dat bleek ook een stuk goedkoper te zijn dan de eerder voorgestelde werkwijze.”
“Ook qua technieken waren er uitdagingen voor mijn collega Kurt, onze projectleider HVAC. We moesten veel schachten creëren, wat vooral op vlak van stabiliteit een opgave was.”
Volgens hedendaagse normen en budget
In het kader van dit project voor de UHasselt stond het opleveren van een functioneel gebouw centraal, met respect voor de geldende bouwnormen en het vooropgestelde budget. Om dit te bereiken, zocht het bouwteam voortdurend naar duurzame oplossingen voor de uitdagingen die zich aandienden.
“Onze opbouwers hebben stevig doorgewerkt zodat het gebouw in januari 2024 in gebruik genomen kon worden, eerder dan voorzien. Desalniettemin werd het gebouw feilloos aangepast aan de hedendaagse normen.”
“Ondanks de tijdsdruk en de complexiteit was het aangenaam werken op de werf” gaat Koen verder. “We konden met onze vragen terecht bij zowel de bouwheer als bij de architect en er was een goed overleg tussen alle partijen. Ook onze senior projectleider Roy speelde hier een grote rol in. Die goede samenwerking ontstaat niet zomaar, we kunnen terugvallen op echte vakmensen. Binnen mijn eigen team, bij de onderaannemers en de gekozen leveranciers. Dit hebben we door jarenlange samenwerking opgebouwd. Voor mij was dit project echt een leerrijke en aangename periode in mijn carrière in de bouw.”
